Dat de teruglevering van stroom van zonnepanelen op de tocht staat is duidelijk. Op her en der wat ‘grijze’ vlekken na, kan het hoofdnetwerk dit niet meer aan. De oplossing is er naar verwachting eentje van de lange adem. Een belemmering in de koppelkans van asbest en zon zou je denken. Voor de grote daken zeker, maar voor daken van zo’n 320 m2 is er vooralsnog geen probleem. Een communicatiekans voor de versnellingsaanpak.
Wanneer de vraag naar transportcapaciteit de beschikbare capaciteit in het net overtreft, is er sprake van congestie. Congestie beperkt de hoeveelheid elektriciteit die aangeslotenen kunnen invoeden op en afnemen van het elektriciteitsnet. Kortom: file.
Werkt een asbestdakeigenaar bijvoorbeeld aan een plan voor een coöperatief zon- of windproject of wil hij zijn stallen voorzien van zonnepanelen? Dan is het belangrijk om te weten of er voldoende capaciteit is op het elektriciteitsnet in de regio. De capaciteitskaart geeft hiervoor het nodige inzicht. De kaart is ontwikkeld door regionale netbeheerders. Het laat zien of er veel, weinig of geen ruimte is op het net. Vraagt een (asbest)dakeigenaar SDE++ subsidie of SCE-subsidie aan voor een duurzaam opwekproject of voor een groot aantal zonnepanelen op zijn stallen? Dan is hij verplicht om een transportindicatie* mee te sturen. Dit is een indicatie die wordt aangevraagd bij een netbeheerder. Hierin staat dat er op het moment van de aanvraag er nog ruimte was op het elektriciteitsnet op een specifieke locatie. En juist dat elektriciteitsnet staat op sommige plekken nu flink onder druk.
*Bij SCE-subsidie is een transportindicatie alleen nodig in geval van een grootverbruikersaansluiting.
De vervanging van een asbestdak voor een nieuw dak met zonnepanelen kan altijd. Grote(re) daken kunnen echter wel problemen ondervinden met betrekking tot teruglevering van stroom vanwege de netcongestie.
Deze netcongestie vormt echter niet voor elk dak een obstakel. Daken geschikt voor zo’n 200 zonnepanelen (± 320 m2) kunnen nog zonder problemen hun dak verduurzamen met zonnepanelen en opgewekte stroom terugleveren aan hun netbeheerder*. Zie ook een artikel over TenneT. De opbrengst van dit aantal panelen is meestal niet genoeg om de dakvervangingskosten te dekken, maar een asbestdakeigenaar kan er wel een deel van deze kosten mee betalen.
Dat netcongestie niet elke dakeigenaar hoeft te treffen, is een belangrijke nuance. Vooral als het gaat over de communicatie over de verduurzaming van daken én de aanpak van asbestdaken. Asbest en zon is nu eenmaal een krachtige kansrijke combinatie. Door de vele berichten over het vollopen van het net, is de aanname al snel gemaakt dat niemand meer kan salderen. En dat is dus niet waar. Er zijn wel degelijk mogelijkheden voor de kleinere daken. In de aanpak van asbestdaken kan deze boodschap asbestdakeigenaren stimuleren om toch hun dak te vervangen én energiebesparend te maken.
Uiteraard hebben alle eigenaren van zonnepanelen nog wel te maken met de terugloop in vergoeding voor de stroom die wordt terug geleverd aan het net. Vanaf 2023 wordt er steeds minder vergoed en in 2031 is salderen helemaal niet meer mogelijk.
Bronnen:
*Als hiermee de (zuidelijke) helft van het dak wordt belegd, gaat het om een dak van circa 750 m2.