Het urgentiebesef rond de sanering van asbestdaken is afgenomen
De gemeente Lelystad is zeer actief als het gaat om het saneren van asbestdaken. Asbest uit de leefomgeving verwijderen is voor hen een speerpunt en daar werken ze al jaren aan. We vragen wethouder David de Vreede waarom de gemeente Lelystad hier zo actief in is.
David de Vreede: “Asbestdaken vormen nu de grootste bron van vezels in de buitenlucht. Zonder het asbestdakenverbod is er geen deadline waar we naar toe kunnen werken én waarop we ons beleid en handhaving kunnen richten. De Gezondheidsraad is daar in 2010 heel duidelijk over geweest: asbest is gevaarlijk, ook in kleine hoeveelheden. Het uitblijven van een verbod heeft er mede voor gezorgd dat bij veel eigenaren en volksvertegenwoordigers het besef van urgentie voor de sanering van asbestdaken is verminderd. Dat betekent dat asbestdaken nog lang vezels kunnen blijven verspreiden.
De Europese REACH-verordening biedt mogelijk een alternatief aanknopingspunt. Deze stelt kortgezegd dat het gebruik van asbesthoudende voorwerpen toegestaan is totdat ze aan vervanging toe zijn. We vroegen aan Kenniscentrum InfoMil (informatiepunt voor wet- en regelgeving) wat dit betekent voor eigenaren van asbestdaken en -gevels.”
Asbestdaken worden door verwering steeds slechter. Het cement dat in golfplaten zit, verweert en verdwijnt. Dan kunnen de asbestvezels zich verspreiden in de leefomgeving. Naarmate het dak ouder wordt, komen er jaarlijks steeds meer vezels vanaf. Schattingen uit 2007 spreken van 1 tot 3 kg vezels per 1.000 m2 dakoppervlak per jaar. De hoeveelheid daken die per jaar worden gesaneerd loopt echter terug. Dat betekent dat in dit tempo asbestdaken nog zeer lang kunnen blijven liggen en onderdeel uitmaken van onze samenleving. Lelystad ziet graag dat eigenaren zelf aan de slag gaan, gestimuleerd en waar nodig gefaciliteerd worden door gemeente, provincie en het Rijk. Door hier vaart mee te maken, worden op de langere termijn kosten en vooral uren uitgespaard.
David de Vreede: “Om de vervanging van asbestdaken te versnellen, moeten we zonder duidelijk deadline (verbod) terugvallen op al bestaande algemene regels om eigenaren te overtuigen hun dak te saneren of te vervangen. De Woningwet art. 1a zegt: De eigenaar van een bouwwerk zorgt dat ‘de staat van dat bouwwerk’ ... ‘geen gevaar voor de gezondheid of veiligheid’ vormt.
Voor overduidelijk verweerde daken is dit geen probleem. Voor welwillende eigenaren ook niet. Maar als een eigenaar van een sterk verweerd dak niet wil saneren, dan ontstaat er een probleem. Op enig moment zal de gemeente dan een handhavingsprocedure in gang moeten zetten op grond van de Woningwet. Dan begint de discussie en zal de overtreding onderbouwd moeten worden. De bewijslast ligt bij de handhavende overheid. Bijna altijd is dat de gemeente. Daar liggen dan ook de kosten.”
Die discussiepunten kunnen dan zijn:
Op 20 februari 2020 kwam er zo’n situatie voorbij in het televisieprogramma ‘Mr. Frank Visser doet uitspraak’.
David de Vreede: “Deze uitzending laat goed zien dat discussie over asbestdaken kan uitdraaien op een rechtszaak. Dat is tijdrovend, kostbaar en onnodig. En met toenemende verwering van de daken gaan dit soort zaken steeds vaker voorkomen. Dat moet anders, dat moeten we als overheden voorkomen. Daarom pleit ik voor onderzoek naar de verspreiding van asbestvezels. Ook moeten we duidelijk maken in welke situaties er sprake is van een dusdanig verweerd asbestdak dat er direct gesaneerd moet worden. Zorgen we hierin niet voor duidelijkheid, dan zadelen we onszelf als gemeenten op met veel toekomstige kosten, discussies en rechtszaken. Door nu te handelen besparen we ons als gemeenten veel toekomstige kosten en veel onnodige gezondheidsschade.”